In het nieuwe boek van Ad van den Dool gaat Frans de Wit (1943) gedetailleerd in op zijn carrière in de Rotterdamse misdaad. Naast gesprekken met De Wit zelf, spraak Van Den Dool ook oud-rechercheurs die jacht op hem maakten.
De bijnaam Papa Blanca kreeg Frans de Wit van collega’s uit de Rotterdamse onderwereld. Hij was eind jaren zeventig de grootste koppelbaas van Nederland. Rechercheonderzoek wees uit dat hij en zijn kompanen in vijf jaar tijd voor een slordige 150 miljoen gulden hadden gefraudeerd. Het eenvoudige principe: geen loonbelasting, sociale premies en btw afdragen en bv’s met grote schulden erin om het half jaar failliet laten gaan. Hun officieel niet bestaande ‘holding’ noemden Papa Blanca c.s. niet zonder humor ‘Het Nut’. Het was koppelbazerij ‘hors categorie’ en witteboordencriminaliteit door jongens van de gestampte pot.
De miljoenen die De Wit zwart verdiende, investeerde hij in tal van andere criminele activiteiten. Hij handelde in hasj, zat in de valsemunterij en organiseerde allerlei andere slimme fraudes. Ook exploiteerde hij de drukbeklante Sherrybar (een rovershol volgens de recherche), de luxueuze seksclub El Deux en een handvol illegale gokhuizen in Rotterdam.
Justitie zag hem als leider van een maffia-achtig syndicaat, als een capo di tutti capi. Op een gegeven moment zaten er grote ploegen rechercheurs van zowel de Rijkspolitie als de gemeentepolitie Rotterdam achter hem aan.
Zijn arrestatie in 1980 veroorzaakte een massa publiciteit en gaf Papa Blanca een bijna mythische status. En een naar hem vernoemd Arrest van de Hoge Raad. De Wit is tweemaal door een arrestatieteam van zijn bed gelicht en kreeg bij elkaar tien jaar gevangenisstraf. Het tweede deel van zijn misdaadcarrière hield hij zich bezig met xtc- en cocaïnetransporten, illegale lotto’s en btw-fraude met goud.
Het resultaat: een uniek stukje misdaadgeschiedenis dat leest als een schelmenroman.